“Het geheel van kleine dingen die kunnen gebeuren”

03 dec 2024

Vandaag op de Internationale Dag van het Vrijwilligerswerk zetten we Hilde De Smet in de verf. Een krachtige, vastberaden buddy. FMDO* trok naar hartje Brussel. Daar ontdekten we meer over haar verhaal: waar ze vandaan komt, waar ze zich bevindt, en waarheen ze zich begeeft. “Het belangrijkste vind ik het geheel van kleine dingen die kunnen gebeuren.”

© Wim Wetsels

Na een jarenlange carrière als marketeer en juriste, zocht Hilde naar zingeving op andere manieren. Ze kreeg interesse in vrijwilligerswerk, combineerbaar met voltijds werk en tijd met haar zoon. Toen ze het CoNnect-buddyproject ontdekte, wist Hilde meteen dat ze haar roeping gevonden had.

De insteek sprak haar aan: het laagdrempelige engagement waarbij buddy’s twee keer per maand samenkomen. Ook in de positieve benadering kon Hilde zich vinden. “Uiteraard is het een vorm van helpen,” zegt Hilde. “Mensen die op straat leven – daar sta ik machteloos tegenover. Mensen die er (gedeeltelijk) voor kiezen Nederlands te leren spreken, help ik maar al te graag. Dit ligt binnen mijn mogelijkheden.”

Het geheel van kleine dingen die kunnen gebeuren

Wanneer ik Hilde vraag waaruit zij de meeste voldoening haalt, wat voor haar het grootste verschil maakt, zie ik haar glimlachen. “Ik heb het moeilijk met het woord ‘meest’,” zegt ze. 

“Ik wil niet kiezen. Het belangrijkste vind ik het geheel van kleine dingen die kunnen gebeuren. Iedere ontmoeting is fijn, op zijn eigen, unieke manier.” 

Ook de manier waarop de projecten haar horizon verruimen, maakt haar enthousiast. “De andere projecten leren kennen, is fijn. Ze zijn kleinschalig, wat goed is, maar daardoor zijn ze minder bekend. Zien dat er nog zoveel mensen aan die kleine dingen aan het werken zijn, vind ik tof. Als dat allemaal samenkomt, is het behoorlijk veel.”

Blijvende betekenis

Hilde apprecieert iedere ontmoeting. “Ik heb geen één ontmoeting gehad die niet mooi was,” zegt ze. “Dit wil niet zeggen dat het altijd gemakkelijk was, maar ik denk dat het beter is om naar de positieve kant te kijken.”

De nieuwkomers van wie Hilde buddy was, blijven niet altijd in België, maar ze houdt wel contact met hen. Dit is iets wat Hilde plezier doet. “Mijn eerste buddy was een jongen die hier hoopte te blijven en aan zijn Nederlands begon te werken. Uiteindelijk hoorde ik niets meer van hem. Maanden nadien, toen ik hem een berichtje stuurde rond Nieuwjaar, kwam ik te weten dat hij terug was naar zijn thuisland.”

Meer dan een jaar later kreeg ze een berichtje van hem. “Hij had een job gevonden en bedankte me voor mijn hulp. Dit maakte me blij. Hij zei: als ik nog eens naar Brussel kom, kunnen we elkaar misschien nog eens zien. Hij dacht nog aan mij. Dat vond ik mooi. Je hebt betekenis gebracht en die neemt hij met zich mee.”

Een gids die de weg weet

Hilde maakt het onderscheid tussen helpen en redden. Je kan niemand redden, je kan enkel ondersteuning bieden door je hand uit te steken, je schouder of oor te schenken. “Ik ben voor hen een soort gids die de weg weet.” 

Hilde schetst een beeld van haar eigen achtergrond. “Ik ben in België opgegroeid, in Vlaanderen. Ik heb Frans geleerd op school en ik ben naar Brussel gekomen. Ik was ook een nieuwkomer, maar ik moest niet van nul beginnen. Ik had geen zorgen over bestaanszekerheid en comfort. Ik ben nu meer dan twintig jaar in Brussel. Ik werk nu bij de Maatschappij voor het Intercommunaal Vervoer in Brussel (MIVB) in een hoofdzakelijk Franse omgeving. Het heeft meer dan tien jaar geduurd om vlot in een arbeidsomgeving de Franse taal te beheersen. In het begin voel je je stom: je moet voortdurend je woorden zoeken. Ik heb altijd durven spreken, maar ik bleef me ergens minderwaardig voelen.”

“Nederlands leren is een uitdaging van formaat. Mensen begeleiden die dit willen, is moeilijker dan ik had gedacht. Het is complex – er zijn vele elementen die in elkaar moeten vallen: beschikbaarheid, tijd, afstand. In Brussel heb je weinig de kans om Nederlands te oefenen. Twee keer per maand gedurende zes maanden tijdens dit buddytraject is niet genoeg. Het is een berg die niet iedereen kan beklimmen.”

Wegkijken is geen optie

Toen Hilde zestien was, stond ze al stil bij wat er gebeurde in de wereld. Dit dreef haar ertoe alle onrechtvaardigheid die ze zag, te willen verbeteren, of op zijn minst haar steentje bij te dragen. “Palestina was één van de eerste dingen waar ik mee bezig was. Vandaag, 40 jaar later, is het niet bepaald in de richting gegaan die ik gehoopt had.” vertelt Hilde. “Er zijn nog zo veel andere conflicten in de wereld, waarvan momenteel meer dan honderd oorlogssituaties.” 

“Wegkijken is geen optie,” gelooft Hilde. “Oké, je voelt je machteloos, maar dan moet je het maar voelen. Je moet niet proberen het niet te voelen. Soms kunnen kleine dingen toch grote veranderingen teweegbrengen, ooit. Het zijn geen gunstige omstandigheden, maar als we dat kleine vlammetje kunnen beschermen, dat het blijft leven, dan gaat het misschien toch ooit kunnen opflakkeren.” 

“We cannot help everybody, but everybody can help someone. Het zijn kleine dingen die je kan doen. Daar zit dan ineens de filosofie van FMDO in: iets kleins doen. Ik ben niet iemand die je op straat zal zien, daar voel ik me niet comfortabel bij, die grote betogingen.” 

Realistische ambitie

Ik vroeg Hilde naar haar waardevolste advies voor mensen die graag buddy willen zijn. “Wees realistisch ambitieus. Ik wilde te snel gaan. De burgemeester van Leuven verwoordt het goed: je moet daadkracht hebben, maar ook zorgzaamheid en samenwerking. Alleen daadkracht of ambitie is niet genoeg, je moet het combineren met andere dingen. Je moet ambitieus blijven, maar daarin toch realistisch zijn en rekening houden met de verwachtingen en de mogelijkheden van de nieuwkomer. Dat besef je niet in het begin, denk ik.”

Het enige verschil tussen mensen is hun startpositie. Hier staat Hilde maar al te goed bij stil. “Ken je die diversiteits- en inclusieoefening, de “privilege walk”, waarbij ze verschillende vragen stellen en iedereen gelijk aan de meet begint? Wie heeft ouders met een hoger diploma? Wie is een man? Degenen die vooraan staan, glunderen. Maar wanneer ze omkijken, zien ze mijlenver zwarte vrouwen, mensen met een beperking in rolstoelen. Vooraan wil ik niet staan. Vanachter wil niemand staan. Zo staan in Amerika in de “privilege walk” vaak zwarte oudere vrouwen helemaal achteraan. Als je ergens in het midden staat, besef je dat je die twee uitersten bij elkaar kan brengen en houden. Je moet begrijpen dat mensen vanachter een enorme inspanning moeten doen om tot jouw positie te geraken. Ik heb maar te wachten, tot ze er zijn. Zij moeten ploeteren. Organisaties zoals FMDO staan zowat in het midden en proberen errond te werken en bruggen te bouwen.” 

Buddy ben je niet van de ene dag op de andere. Het ontwikkelen van bepaalde kwaliteiten vraagt nu eenmaal tijd. Hilde moedigt aan dit proces te omarmen. “Bescherm jezelf. Grenzen zijn belangrijk. Je moet enerzijds empathie hebben, maar er tegelijkertijd voor zorgen dat je niet zodanig geraakt wordt dat je er helemaal onderdoor gaat. Niet evident. Mensen in ziekenhuizen gaan ook om met mensen die pijn hebben. Maar zoiets moet je leren. Het is je eigen grenzen leren aanvoelen. En dat is voor iedereen anders.”

Een blik vooruit

Geïnformeerd blijven is belangrijk, maar kent limieten. Je hebt balans tussen input en output nodig – de informatie die je opneemt, de boeken die je leest, versus wat je ermee doet, de stem die je naar buiten brengt. “Ik spreek vanuit een bepaalde bevoorrechte positie. Daar wil ik bewuster van zijn. Op korte termijn wil ik nadenken over constructieve betrokkenheid en het streven naar gelijkwaardigheid – afstanden verkleinen.”

Wanneer het om een interculturele samenleving gaat, zijn het vooral bevoorrechte posities die Hilde uit de weg wil gaan. “Het interculturele spreekt me aan. Brussel is aan het veranderen, maar ik heb geen vrienden die enkel Franstalig zijn. Die blijven bij elkaar. Mijn vrienden zijn allemaal mensen met een gemengde achtergrond. Een Marokkaanse vriendin uit Genk lijkt het meest op mij, vind ik dikwijls. Hetzelfde geldt voor een Italiaanse vriendin die met een Nederlander getrouwd is en die ik heb leren kennen via de school van mijn zoon. Hoe meer je die gemengde achtergrond hebt, hoe minder kans op te veel bevoorrechte posities. Die wereld wil ik.”

Toen ik Hilde naar haar grootste droom vroeg, besefte ik dat het wellicht moeilijk kiezen zou zijn. “Mijn grootste droom? Ik wil dat mijn zoon, die zelf een gemengde achtergrond heeft, opgroeit in een veilige wereld. Ik heb ontdekt hoe een licht andere huidskleur een impact heeft. Voor mij zijn dat blinde vlekken. Voor mij staat mijn zoon minstens naast mij, maar in realiteit stel ik vast, terwijl hij opgroeide, dat dit toch anders is. Hij is naar een witte, bevoorrechte school geweest. Het zat daar in subtiele dingen, die we in het begin niet doorhadden. Het systeem houdt zichzelf in stand. We moeten dat durven herbekijken, want het systeem zal zich zo lang mogelijk verdedigen tegen verandering. Ik ben er ook niet de ideale persoon voor – ik heb een te witte blik. Ik kan mijn steentje bijdragen door er tenminste bewuster van te zijn en het in vraag te blijven stellen.”

Mannelijke waarden overheersen de maatschappij waarin we vandaag de dag leven. Dit stemt Hilde droevig. “We leven in een mannelijke wereld. Ik heb me als een man gedragen om dingen op te lossen. Vrouwelijke waarden zien we vaak als zwak, maar eigenlijk zijn het de sterkste. Het is die verandering die ik hoop mee te realiseren: de wereld vrouwelijker maken, met traagheid, zachtheid en empathie. Krachten die er al zijn, maar de kans moeten krijgen krachtiger te worden. Al moeten we tegen zoveel andere krachten opboksen. Ook mannen lopen erin verloren. Niet alle mannen passen binnen het huidige model. Ze zien bepaalde voorbeelden en deze spreken hen aan, ze zoeken nu eenmaal hun identiteit. Het is façade, maar ze weten niet hoe ze zich moeten gedragen bij elkaar en ten opzichte van vrouwen. Ik denk ook zeker niet dat het eenvoudig is een man te zijn in deze maatschappij. Mannen hebben soms zelfs minder keuze om andere kwaliteiten aan te nemen. Er zijn maar een paar soorten types man die je kunt worden en je moet die maskers houden.”

Hilde’s laatste advies vat haar visie vloeiend samen. “Niet per se vooraan willen staan, want dat heerst enorm in onze maatschappij vandaag de dag: steeds meer, winst, productiviteit, snelheid. Ten koste van al het menselijke. En we beseffen het niet, hé. We doen maar mee. We kijken niet om. Er moet iets zijn dat ons doet omkijken. Jezelf leren betrappen op momenten waar je te veel meeloopt en te weinig achterom kijkt. Het is een proces en stil blijven staan bij de kracht van kleine stappen.”

Wil je deel uitmaken van het Brusselse buddyproject CoNnect of wil je meer info?

Neem contact op met de CoNnect projectmedewerkers:

Fatima

fatima@fmdo.be

0486 34 68 45

Franck

franck@fmdo.be

0490 42 65 36  

Alle info ook op www.fmdo.be/projecten/connect-brussel.

* FMDO vzw (Federatie voor Mondiale en Democratische Organisaties) verbindt en versterkt mensen in deze diverse samenleving en doet dat met sociaal-culturele verenigingen van mensen met een migratieachtergrond en gedreven vrijwilligers die het hart van FMDO vormen.​ www.fmdo.be.

Tekst door FMDO-jobstudente Aerin Thijs, foto’s door Wim Wetsels

Deel